30 januari 2007
Landschapswacht
en Landschapsbeheer Gelderland vragen aandacht voor onderhoud houtwallen
in Gelderland
Financiering
onderhoud schiet ernstig tekort
Op dinsdag 30 januari is in Ede een oude houtwal gerestaureerd.
Met deze speciale onderhoudsactie van de Landschapswacht en Landschapsbeheer
Gelderland wordt aandacht gevraagd voor het behoud van deze waardevolle
landschapselementen. Op dit moment zijn de huidige landelijke financiële
regelingen voor het onderhoud verre van toereikend. Behoud van deze
cultuurhistorische landschapselementen is van belang voor de identiteit
en streekeigenheid van het gebied, maar zeker ook voor de biodiversiteit.
Een afdoende en structurele vergoeding zou soelaas bieden, immers,
molens, grachtenpanden, kerken en monumentale boerderijen worden
ook niet beheerd voor een jaar en met te weinig geld. Voor het onderhoud
van de naar schatting 500 kilometer aan houtwallen in Gelderland
bedraagt het jaarlijkse tekort maar liefst € 253.000,-
Geschiedenis
De vroegste wallen ontstonden rond nederzettingen, als verdedigingswal
tegen rovers en wilde dieren. Met de opkomst van de landbouw werd
de wildernis in cultuur gebracht. Grond werd ontdaan van boomstob-ben
en voor het oog geëgaliseerd. De overtollige grond en boomstobben
werden op richels aan de per-ceelsranden gedeponeerd. Of deze stobben
deels uitliepen, of dat een combinatie van dood en levend hout op
deze wallen werd geplaatst om vee binnen te houden en gewassen tegen
wildvraat te beschermen, laat zich slechts raden. Rondom de op de
wildernis veroverde landouwgronden moet in ieder geval de behoefte
zijn ontstaan een deugdelijke scheiding aan te brengen. Een greppel,
in combinatie met een steile wal, met daarop een dichte wirwar van
vervlochten takken of struiken kon herten, zwijnen, wolven, beren
en veel ander wild gedierte weghouden van het kostbare veredelde
gewas en gedomesticeerd vee. De eerste hout-wallen waren geboren.
De bomen en struiken op een wal werden gebruikt voor houtproductie,
onder andere voor gerief- en brandhout. Maar ook werd gereedschap
van de houtopbrengst gemaakt en zelfs hele schuren gebouwd.
De houtwal aan de Harnsesteeg ligt in een nat gebied, genaamd de
Kraats. De wal staat reeds op de historische kaart van 1830. Maar
het gebied ‘de Kraats’ is rond 1200 ontgonnen. De kans
is dus erg groot dat de houtwal lang voor 1830 is aangelegd. Dit
betekent dat de houtwal al meer dan 200 jaar oud is en zeker gerekend
kan worden tot een cultuurhistorisch element.
Noodzakelijk onderhoud
Er is al zeker 60 jaar niets gedaan aan onderhoud. De houtwal is
momenteel begroeid met eiken die al heel lang niet meer zijn afgezet,
er is prunusopslag en er ligt rommel in de wal. Om weer een mooie
gezonde houtwal te krijgen, waar naast vele vogels en zoogdieren
ook veel interessante planten, mossen en paddenstoelen leven, zal
het grootste gedeelte worden afgezet. Een enkele mooie eik blijft
staan. Op deze manier krijgt de onderbegroeiing weer licht en kans
om te groeien. De afgezette bomen zullen weer uitlopen.
Tekort
Naar schatting ligt in Gelderland ongeveer 500 kilometer aan houtwallen.
Voor het onderhoud van deze elementen kan voor een gedeelte een
beroep worden gedaan op de subsidie vanuit Programma Beheer (LNV).
300 Kilometer valt namelijk binnen deze regeling. Voor de overige
200 kilometer bestaan geen subsidies. Maar de vergoedingen zijn
echter lang niet toereikend. De reële kosten voor het onderhoud
van de 500 kilometer houtwallen bedragen € 325.000,- per jaar.
Vanuit Programma Beheer is jaarlijks € 72.000,- beschikbaar.
Het jaarlijkse tekort bedraagt derhalve € 253.000,-
|